We hebben het thema “Full Value pigs” al vaker belicht in eerdere uitgaven van de Biggy Info. Uiteindelijk komt het er op neer hoeveel volwaardig betaalde biggen of vleesvarkens een varkenshouder kan leveren. Dat moet de einddoelstelling zijn.
Een kengetal dat vaak wordt gebruikt in de zeugenhouderij, het aantal gespeende biggen, is dus een tussendoelstelling. En een tussendoelstelling kan helpen om inzicht te krijgen in de einddoelstelling, maar ook niet meer dan dat.
Bijvoorbeeld in de zeugenhouderij zit er soms een groot verschil tussen het aantal gespeende biggen en het aantal volwaardig betaalde biggen geleverd.
Wat kunnen we doen om het rendement op bedrijven te verbeteren? Een belangrijk onderdeel hiervan is meer inzicht te krijgen in waar de faalkosten liggen. Faalkosten liggen meestal op het gebied van uitval of ziekte van dieren en voerverbruik. Om deze faalkosten in beeld te brengen, dienen we de juiste data te verzamelen. Concreet betekent dat:
- Hoeveel biggen worden doodgeboren en wat is daarvan de reden?
- Hoeveel biggen vallen uit in het kraamhok en wat is de oorzaak?
- Hoeveel biggen vallen uit na spenen en wat is hier de oorzaak van?
- Hoeveel biggen worden uiteindelijk geleverd maar brengen minder op dan normaal? Dit zijn vaak de slachtbiggen.
- Hoeveel biggen worden uiteindelijk geleverd en hebben veel voer op? Dit zijn vaak de oudere biggen.
De ervaring leert dat data met betrekking tot punt 2 en 3 hierboven meestal goed wordt bijgehouden. Echter goede data met betrekking tot punt 1, 4 en 5 ontbreekt vaak of is niet volledig. Het verzamelen van meer data vraagt natuurlijk meer tijd. Dit zal dus zo veel als mogelijk geautomatiseerd moeten worden. De data zal veel meer inzicht gaan geven in waar de faalkosten liggen en hoe we die kunnen verminderen.
Bij het automatisch verzamelen van data kan het gebruik van RFID chips een belangrijke bijdrage leveren. Deze techniek wordt steeds nauwkeuriger en goedkoper.
Preferent KI is met enkele varkenshouders in gesprek om hier ervaring mee op te doen.